Mercanoglu eist openheid B&W over steegje

Het College van Burgemeester en Wethouders van Almelo
Stadhuisplein 1
7607 EK Almelo, per e mail

Betreft: schriftelijke vragen PvdA over de Antiekhandel Stegehuis c.q. verjaring Steeg

Almelo, 6 december 2009

Geacht college,

Bij brief van 20 oktober 2009 heeft de PvdA vragen gesteld m.b.t. de kwestie Antiekhandel Stegehuis. Naar aanleiding van uw antwoorden schrijven wij u deze brief waarin wij u enkele aanvullende vragen stellen.

1. Na afweging van alle in het dossier beschikbare informatie komt de PvdA tot de conclusie dat u de verjaring van de Steeg op basis van één subjectieve verklaring van de heer Kroeskop zelf heeft gehonoreerd. Alle andere argumenten en verklaringen waren bij het nemen van de beslissing in oktober 2006 niet gehanteerd c.q. niet beschikbaar. Wij vinden deze gang van zaken onzorgvuldig. Deelt u deze constatering?

2. De PvdA vindt de dossiervorming in deze zaak gebrekkig. Er duiken steeds nieuwe verklaringen op. Vervolgens beweert u dat de gemeenteraad geen inzage kan krijgen in bepaalde stukken. In het openbaar bestuur is het essentieel dat de besluitvorming wordt gebaseerd op schriftelijke stukken die óók achteraf geraadpleegd en gecontroleerd worden. Bovendien zijn de raadsleden voor hun taakuitoefening niet afhankelijk van de subjectieve mening van wie dan ook. Het handelen van de raadsleden wordt alleen begrensd door de wet- en regelgeving. Het verbaast dat u geen inzage geeft in bepaalde verklaringen. Wij vragen u of uw college bereid is om alsnog alle stukken in het dossier te voegen?

3. In dit dossier constateren wij helaas dat de bestuurlijke regie heeft ontbroken. Het handelen van het bestuur is zeer afzijdig geweest terwijl een proactief optreden van het college zeer noodzakelijk was geweest. Bovendien herhaalt u steeds dat dit een privaatrechtelijke kwestie zou zijn. Ook wanneer de gemeente als private partij bij een kwestie betrokken zou raken, moeten wij uw communicatie met de burgers kunnen controleren.

4. De PvdA vindt dat dit dossier niet op deze manier kan worden afgerond. Daarom verzoeken wij uw college een feitenrelaas te maken. In dit feitenrelaas dient u de feiten en meningen in een tijdsvolgorde te zetten waarbij de gemeenteraad inzicht heeft op de beweegredenen van de beslissing die u in oktober 2006 heeft genomen.

5. De PvdA verzoekt u verder een inventarisatie te maken over juridische en feitelijke mogelijkheden om de verjaring ongedaan te maken. Wilt u de gemeenteraad op korte termijn inlichten of u bereid bent om deze mogelijkheden te inventariseren?

Hoogachtend,

De fractie van de PvdA,
Ibrahim Mercanoglu