Winnaars dichtwedstrijd 14e Willem Wilmink wedstrijd 2010
1e prijs: Frank van Nus, Almelo
Forza Almelo!
Hij leurt
Nog steeds met grond, de koopman heeft ambities zat
Plan goedgekeurd
Zoals gewoonlijk alles maar vast plat
Er is zoveel gebeurd,
Maar niets veranderd in de stad
Een grauwe crisis zuigt en zeurt
In nieuwbouw zit de klad
Maar voor het pand er staat, is 't al verbeurd
Zo doen we dat
En achter het reclamebord (reeds licht verkleurd)
Een gat
2e prijs: Niels Blomberg, Almere
Ballade van de Tijd
Een aap wou niet meer wonen in de bomen,
hij wou het liefst op eigen benen staan.
Hij zocht zijn heil voorbij de oerwoudzomen,
hij hoedde vee, verbouwde gras en graan,
kreeg onderdak en water uit de kraan.
Maar nu het oerwoud haast is weggebranderd
verlangt hij stiekem terug naar zijn liaan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.
Te voet zijn wij haast overal gekomen
al is dat dan niet altijd snel gegaan.
Nu reizen we in ingeblikte stromen,
we leven altijd in de linkerbaan,
we rennen, racen, vliegen naar de maan.
Al lijkt zo’n hoge snelheid dan ook standerd,
de ziel komt altijd dagen later aan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.
De minstreel roemt het meisje van zijn dromen
haar blanke huid, heur haar als puur saffraan.
Moderne mensen lijken meer te schromen:
gevoelens uit men niet als een vulkaan,
geen sehnsucht meer, heel soms een liefdestraan.
Er wordt nog wel begeistert rumgewandert
door minneparen langs de Liefdeslaan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.
O Vader Tijd, u loopt rechttoe rechtaan
waar onze mensengeest het liefst meandert.
Laat u niet leiden door der dagen waan!
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.
3e prijs, Femme van den Belt, Holten
Heimwee
Het brede pad is schoon.
Een lang zwart lint
langs graven met toegedekte namen
in stille witte paden.
zo ongewoon.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd
Heimweepijn.
Hier even zijn,
geknield in zachte sneeuw,
met zachte hand haar naam te schrijven.
Esther
Het sneeuwkleed is veranderd.
4e prijs, Margót Veldhuizen, Enschede
Sterren van de hemel
Heb huis en haard verlaten
en ben vertrokken naar de grote stad
heb gevreeën en gedronken
en lichtelijk zwalkend
naar huis gegaan
en al dat gedaan
wat jongens zoal doen
die net op eigen benen staan.
Met een tas vol smerig goed
kom ik soms een weekend thuis
en telkens, telkens weer denk ik,
wanneer ik mijn ouderlijk huis weer ruik,
er is zoveel gebeurd,
maar niets veranderd.
Hier zweven nog steeds mijn kinderjaren
en staat thee met koekjes klaar
zit mijn moeder op mij te wachten
alsof zij nooit is opgestaan
en slaat mijn vader mij op mijn schouder
alsof ik niet veranderd ben
terwijl ik mij zelf in de spiegel
nauwelijks nog herken.
Zien zij niet
dat ik heb gevreeën
met een meisje
met ranke benen
en haren als
zomers graan
met wangen als perziken
en amandelogen
en dat ik het heb gedaan
nachten lang heb gedaan.
Ben ik in hun ogen nog altijd dezelfde jongen
zoals zij voor mij niet veranderd zijn
of vrijen ook zij de sterren van de hemel
als ik straks weer op weg ben in de trein?
5e prijs, Dick Podt-Schoten, Nijverdal
Beukenlaan
Het knarsen van de wielen op het pad
dat ligt bezaaid met ’t pas gestrooide grind
verbreekt de stilte in de groene beukenlaan,
we hebben nog een bocht of wat te gaan,
rondom ons zingt de zoele zomerwind.
Ik duw mijn moeder, ’t is een lichte last.
Soms wijst ze naar een vogel, naar een bloem.
Zo zonder woorden wij elkaar verstaan
daar in die lange groene beukenlaan,
rondom ons hoofd het trillend bij-gezoem.
Ooit duwde zij mij, was ze jong en sterk,
nu nemen nevelsluiers haar gedachten mee.
Haar ogen kijken mij verwonderd aan
daar in die lange groene beukenlaan,
“gezellig”zegt ze, “wij zo met z’n twee “.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd, want ik voel
haar onvoorwaardelijke liefde dwars door alles heen.
Ze aait mijn wang, noemt onverwachts mijn naam
en zwaait naar mij vanachter het beslagen raam.
Ik ben en blijf haar kind, wat telt is dat alleen.
6e prijs: Rineke Janssen, Enschede
lied
hij zit een beetje uit de wind
pakt langzaam zijn accordeon
zijn allerbeste oude vrind
muziek dat is zijn levensbron
hij groeide er mee op als kind
koude vingers vinden klanken
vormen samen traag een lied
zo’n eeuwenoude melodie
hij speelde het al duizend keren
en alle keren klinkt verdriet
’t voert zijn gedachten met zich mee
en brengt ze naar dat verre,
dat mooie, maar zo arme land
naar bossen, akkers, zee
de bergen in de verte
geur van houtvuur, soep en stront
hoeven klikken op de straat
kippen lopen kakelend rond
een vrouw komt , schort voor,
aan de deur en zegt: ach ben je daar
het is zijn lief; zijn eenzaam lijf
wordt opnieuw geboren
zijn ruwe lippen, teder toch
volgen bekende sporen
ze fluistert zachtjes: blijf
op het dorpsplein is het feest
hij danst en voelt geen kou
ze draaien rond op de muziek
en met zijn ogen in de hare
kiest hij haar opnieuw tot vrouw
het lied sterft nu een zachte dood
het brengt hem langzaam terug
een kleine diepe zucht
ontsnapt het instrument
zijn ogen zien slechts lucht
er is zoveel gebeurd,
maar niets veranderd
hij veegt zijn neus af met zijn hand
zet zijn vingers op de toetsen
en reist weer af naar eigen land
7e prijs Channa Kalmann, Utrecht
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd
vergeleken bij die zomerochtend waarop de tijd je blik ontbond.
Je lag te slapen
en toen je niet wakker werd
gebeurde het: seconden tikten je kleur langzaam weg
de minuten likten langs je lippen,
verder omhoog tot waar een kwartier je oogleden oppoetste
als kaasdoek dat al verschillende doelen had gediend
de uren kusten je huid tot een bijna rottende appel.
Zoveel is er later nooit meer veranderd.
8e prijs Veronica Berkvens, Enschede
Verbeurd verklaard
We zagen,
we zagen de woorden
groeien uit het zand
we lagen
we lagen de wolken
uit de einder te halen
er is zoveel gebeurd
heel zacht,
we raakten
de klanken boven zee
golven kregen vleugels
vogels werden we,
en zweefden
er is zoveel gebeurd
het waaide,
het waaide warme nevels
door vingers en haren
we gaven,
we gaven ons over
aan stranden vol sterren
er is zoveel gebeurd
we liefden
loofden
beloofden
Er is zoveel gebeurd
maar niets veranderd
9e prijs Mineke Mollink, Hellendoorn
Cirkels
Er is zoveel gebeurd,
Maar niets veranderd
Want
De dijk ligt er nog en de hoge weg en het kruispunt verderop ook.
Hij fietst op de dijk met de neus in de wind voeten strak op de pedalen
Hij trapt en hij stampt en het gonst door zijn hoofd
Zoveel gebeurd
Maar niets verandert…!
Want
De dijk ligt er nog en de hoge weg en het gevaarlijke kruispunt verderop ook.
10e prijs Miek Hoffmann, Enschede
TEMPUS FUGIT (De tijd vliedt heen)
Een jaar voorbij, ik ben niet doodgegaan,
ik heb gedacht, mijn boodschappen gedaan,
ik heb gewied, ik plukte geurige bramen,
die als pot jam bij lieve mensen kwamen.
Moet ik de zon, de koude regen noemen?
De kweepeer met zijn grote rose bloemen?
Ik wond me op, heb broerlief opgezocht,
ik heb gehuild, en weer een boek gekocht.
De sneeuwtijd bracht een kramsvogel als vriend
Die elke dag zijn appel had verdiend.
Ik draaide was, zoog stof, de plee moest schoon,
ik leefde dus, het leek zo doodgewoon,
het oud verhaal van Phoenix die verbrand werd.
Er is zo veel gebeurd, maar niets veranderd!
Niets? Ja, toch wel. Nu lacht U schamper
en denkt: och oude ziel, je ziet het amper!
‘k Was eenentachtig. Nu dreigt er een twee…
Vooruit, dat ene cijfertje – dat tel ‘k niet mee. Fotoreportage (20 foto's)... |