|
|
ALMELO – De Twentse woningbouwcorporaties Beter Wonen, St. Joseph en Tubbergen nemen hun verantwoordelijkheid in het betaalbaar houden van sociale huurwoningen. Wil minister Blok (VVD) nog huurverhogingen van 2,1 tot 4,6 procent om ‘scheefwonen’ (te hoog inkomen voor sociale huurwoning – red.) tegen te gaan, de corporaties merken dat dit doorslaat naar de verkeerde kant. Huurders waren in 2015 bijna 40 procent van hun besteedbaar inkomen kwijt aan woonlasten. Eigenaar-bewoners slechts 28 procent. Het aantal goedkope scheefhuurders is de laatste jaren gezakt naar 18 procent, terwijl het aantal dure scheefhuurders (minima) omgekeerd van 8 naar 18 procent is gestegen. Volgens het Amsterdamse huurdersplatform Palladion heeft dat tot gevolg dat minima minder geld uitgeven aan hun gezondheid. Amsterdam is de voorloper in de nieuwe problematiek maar ook elders in Nederland nemen steeds meer mensen met een te laag inkomen noodgedwongen een voor hen te dure woning ondanks dat deze nog onder de huurtoeslag valt. Minister Blok bezuinigd echter op de huurtoeslag waardoor deze groep steeds minder te besteden heeft.
De vereniging van wooncorporaties Aedes constateert dat steeds meer woningbouwcorporaties voorzichtig zijn met huurverhogingen en meer ‘maatwerk’ toepassen. Zo krijgt 15 procent van de huurders bij Vestia geen huurverhoging , dat zijn 10.000 huurders. Domesta in Emmen past voor 95 procent van de huurders een verhoging toe van 0,6 procent maar scheefhuurders met een inkomen boven de 44.000 euro krijgt 4 procent voor de kiezen. Bovendien stelt Domesta een betaalbaarheidsfonds in om knelpunten op te lossen en gaat men huurders helpen met budgettraining en aanvragen van huurtoeslag.
Beter Wonen in Almelo beperkt de huurverhoging per 1 juli a.s. tot 1 procent omdat betaalbaar wonen anders teveel onder druk komt te staan. Bij St. Joseph in Almelo stelt men dat de huurstijging voor de meeste bewoners uit zal komen op 1 procent maar huurders met een wat hoger inkomen kunnen rekenen op een iets progressievere verhoging.
Lichtend voorbeeld in de regio is de woningstichting Tubbergen dat de huurverhoging beperkt tot 0,6 procent. Dat is ongeveer gelijk met de inflatie. Die verhoging geldt niet voor alle huurders. Voor een grote groep huurders wordt geen verhoging toegepast. Dat zijn huurders die al op 70 procent van de maximale huur zitten zoals huurders met een woning van 150 punten volgens het landelijk puntenstelsel waarvoor 700 euro huur per maand mag worden berekend. Zij blijven dus stabiel op 490 euro huur per maand. |