|
|
Je hebt tegenwoordig overal dagen en weken van. Dag van de arbeid en week van de waarheid. Eerlijk gezegd vond ik het een beetje overdreven, Nacht van de Nacht. Vooral wanneer je na een prachtige zomer al weer veel te snel in de grijze, grauwe najaarssfeer belandt. Voor je het weet zit je in de midwinternacht. Na komend weekend ga je in het donker naar je werk en kom je in het donker terug. Daglicht zie je dan nog slechts wanneer je het geluk hebt om de weekenden vrij te zijn. Het is mij donker genoeg en een nacht van de nacht lijkt me niet echt nodig.
In het blad van Natuurmonumenten echter stond een stukje waarin aandacht werd gevraagd voor de nacht van de nacht. Daar las ik dat Nederland één van de meest verlichte landen ter wereld is. Dit moeten we letterlijk nemen, want vele geesten zijn nog niet verlicht, afgaande op de genomen beslissingen die de natuur steeds opnieuw schade berokkenen.
Nederland moet donkerder, want dat is beter voor trekvogels, nachtdieren, maar ook voor ons mensen.
Wanneer je vervolgens op www.nachtvandenacht.nl kijkt, ga je toch het nut inzien van het vragen om aandacht voor meer duisternis. Duisternis is één van de oerkwaliteiten van het buitengebied, net als stilte en ruimte. Mensen vinden duisternis belangrijk. Te veel licht kan stressklachten veroorzaken en kan nadelig zijn voor onze gezondheid.
Te veel licht is ook schadelijk voor dieren. Meer dan vijftig procent van de dieren leeft ’s nachts. Hun biologische klok wordt ontregeld door het vele licht, evenals de biologische kalender. Het heeft invloed op paargedrag en bijvoorbeeld de vogeltrek.
Bij al deze zaken sta je vaak niet zo stil, maar de argumenten zijn steekhoudend. Je gaat inzien dat het erg belangrijk is om het ’s nachts zo donker mogelijk te laten zijn. Zo veel mogelijk terug naar de natuur in feite.
Een paar avonden geleden was er een prachtige sterrenhemel te bewonderen, en inderdaad, alle lichtbronnen in je omgeving werken dan storend. Hoe donkerder, hoe mooier.
Laatst nog zag ik een hele mooie maan tussen de bomen op een donker stuk. Even later stond ik op een groot parkeerterrein en zag diezelfde maan tussen alle lantaarns bijna niet meer terug.
Als moderne mensen zijn we zo gewend geraakt aan al dat licht dag en nacht. Wellicht dat de duisternis van “de nacht van de nacht” ons goed het verschil laat zien en we één en ander als weldadig zullen ervaren.
Mocht het resultaat teleurstellend zijn: niet getreurd, want nog ruim voor Sinterklaas zal Nederland weer omgetoverd worden tot één groot lunapark.
Komende zaterdag echter kunnen zo hier en daar nog wel even wat lampjes uit, bijvoorbeeld op het XL Businesspark Twente, bij Euromaster en Aa-stad adviesgroep.
Anne Jan Teunis |