|
|
Mild maar vastberaden lacht hij ons toe op een foto op de site van Tubantia. Ugur Çete gaat een gedenksteen plaatsen om de Turkse slachtoffers uit de periode rond 1915 te herdenken. Hij voelt zich op de teentjes getrapt omdat de gemeente wel naar de herdenking van de Armenen gaat en zich vorig weekend niet liet zien op een conferentie waarop het Turkse standpunt werd toegelicht.
Nu geloof ik niet dat veel Almeloërs wakker liggen van de Turkse “kwestie” of “genocide” van 1915 al weer. Wij hebben bovendien genoeg aan onze eigen historische uitglijders.
Er is wereldwijd in de loop der eeuwen gigantisch veel fout gegaan en vaak krijg je achteraf de welles-nietes verhalen. Iedere groep probeert z’n straatje zo veel mogelijk schoon te vegen. Alles kun je bijdraaien, echter de doden blijven. In 1915 waren dat er zo’n 500000 en dat is dunkt me genoeg voor een aantal gedenkstenen.
We moeten daar niet al te moeilijk over doen. Herdenken mag en moet zelfs opdat we er lering uit trekken. In dit geval kan het heel simpel zijn. De Armenen hebben een kerk en de Turken een moskee. Plaats de gedenkstenen op de pleinen van deze gebouwen en ga er jaarlijks een keer omheen staan. Klaar. Niemand heeft er verder last van en je kunt op eigen terrein je gang gaan. Zelf betalen en onderhouden. De gemeente zorgt bovendien voor een afgevaardigde die z’n gezicht laat zien. Iedereen tevreden.
De geschiedenis wordt door het plaatsen van gedenkstenen niet vergeten, maar nog beter is het om toekomstgericht bezig te zijn en te proberen de conflicten en ergernissen van nu op te lossen. Gelijk halen is leuk, maar je kunt je beter richten op de toekomst. Weg met dat haantjesgedrag. Verdraagzaamheid en begrip lossen heel veel op. Lering trekken uit het verleden en van daaruit bouwen. Over tot de orde van de dag.
Anne Jan Teunis
|