|
|
Theater, een plek der schone kunsten maar ook een plek die gemeenten hoofdbrekens kost omdat er bijna altijd geldtekorten te vereffenen zijn.
Neem Deventer. Om de Deventer Schouwburg te redden van een financiële ondergang, moet er 1,6 miljoen euro bijgepast worden om de eerste noden te ledigen. Dat komt dan bovenop de structurele subsidie die volgens de directie jaarlijks per 2022 in stappen met 473.000 euro extra verhoogd moet worden.
In Hengelo gaat het met het vroegere Rabo Theater nauwelijks anders. Ondanks 110.000 bezoekers in 2018 kan men niet juichen over de pecunia. In 2016 besloot de gemeenteraad van Hengelo al 416.000 euro bij te passen terwijl de jaarlijkse subsidiepot toen 1,3 miljoen euro bedroeg. Er is toen wel een voorwaarde bedacht, want de gemeenteraad van destijds dacht dat het zelf de exploitatie en programmering beter kon organiseren en dus moet er een overdracht van eigendom plaatsvinden. Dat is nog niet gebeurd, net zomin als het plan van de directie twee extra etages te bouwen voor het realiseren van het ‘Huis voor de Podiumkunsten’. Kortom na drie jaar ‘theater’ nog niets opgeschoten.
Dan Almelo. Daar heet het theater Theaterhotel sinds de privatisering zo’n 20 jaar geleden toen de schouwburg nog De Hagen heette en financieel dreigde ten onder te gaan vanwege de jaarlijks sterk oplopende tekorten. Toen nog in guldens ruim 2,3 miljoen moest worden bijgepast op de jaarbegroting.
De privatisering was de redding, want er kwam tevens een hotel-restaurant bij. Eerst was er nog wel een gemeentelijke programmeringscommissie om de ‘cultuur’ op niveau te houden, maar minstens zo belangrijk het ‘bevriezen’ van de jaarlijkse bijdrage aan de culturele programmering. Destijds een besparing van de helft van het tekort en dat nu al die jaren lang. Opgeteld een slordige dertien miljoen guldens. Pakweg 6 miljoen euro in totaal minder uitgegeven en toch zijn er nog mensen die het Theaterhotel de jaarlijkse programmeringsbijdrage misgunnen omdat er een Toekan voor de ingang staat.
Het ‘volkstheater’ dat gemeenteraad heet, kan dus meerdere kanten op!
‘Fijnslijper’ |
|
|
Op woensdag 20 maart maken de kiesgerechtigden weer de gang naar de stembus. Althans naar verwachting zo rond de 50 procent van het kiezerspotentieel. Dat is laag als je weet dat de provinciale verkiezingen ook gevolgen heeft voor de samenstelling van de Staten Generaal. De statenleden uit de 12 provincies bepalen namelijk ook de samenstelling van de Eerste Kamer. Deze getrapte verkiezing kan het kabinet Rutte III daarom wel eens een meerderheid kosten. Is dat erg? Sommigen denken van wel en dan bedoel ik diegenen die alleen maar het meerderheidsstandpunt aanhangen. Anderen vinden het juist een voordeel dat de Eerste Kamer een andere meerderheid heeft dan de coalitieregering in de Tweede Kamer. Volgens die gedachte is het kabinet dan op voorhand verplicht om een wisselende meerderheid te bewerkstelligen bij majeure besluiten die de burger kunnen treffen. Of dat altijd zo is?
Ik durf het te betwijfelen. Gedurende meerdere regeringsperioden onder Rutte I, II en III maar ook daarvoor onder Balkenende en Kok (kwartje en een greep uit de pensioenpot), is denk ik voor iedereen wel duidelijk geworden dat problemen in financiële zin telkens worden afgewend op het inkomen van de burger. Vooraanstaande economen hebben al becijferd dat het vrij te besteden inkomen van de burger sinds de jaren ’70 van de vorige eeuw nauwelijks is verbeterd. Wel is er ‘gepot’ voor de pensioenen maar ook daar kun je als ‘pensionado’ nauwelijks op rekenen omdat de overheid de spelregeltjes heeft veranderd. De miljardenreserve wordt namelijk niet meer gemiddeld over meerdere jaren qua beleggingsrendement, maar wordt van jaar tot jaar bijgesteld waarbij de dekkingsgraad eerder naar boven gaat dan naar beneden en dus het maandelijkse pensioentje eerder dreigt gekort te worden, dan dat er een paar eurocentjes bijkomen. De ruif is echter zo goed gevuld, dat zelfs de Europese Unie meer grip wil hebben op de rijkelijke Nederlandse pensioenpot.
‘Snijden in eigen vlees’, is op het Haagse pluche ook zo’n onbekend iets. Niet de tering naar de nering zetten, maar gewoon doorgaan met het bouwen van nieuwe onderkomens voor ministeries et cetera. De echte bezuiniging word over de schutting gegooid richting gemeenten en dat heeft de nodige gevolgen voor de burgerij, vooral voor hen die in de loop der jaren aan de ‘verkeerde kant van de streep’ zijn beland. Van middengroep tot en met minima werden vooral de dupe terwijl de rijken alleen maar rijker werden. Je hebt tegenwoordig twee onzekere volle banen nodig om rond te komen. Tweedeling in optima forma en dat al sinds jaren. Het volk mort wel, maar datzelfde volk is nauwelijks te bewegen om de barricaden te beklimmen. Dat is in Frankrijk wel anders. Daar heeft de vakbond nog macht. Door al dat ‘gepolder’ in Nederland heeft het volk het vertrouwen in vakbonden voor een groot deel verloren, gelet op de dalende ledenaantallen. Bovendien wisselen de ‘kopstukken’ van de bonden ook gemakkelijk van pluche. Van vakbond naar parlement, het ministerschap, het burgemeesterschap of zelfs in het verlengde naar de top van het bedrijfsleven of belangenorganisaties van het bedrijfsleven.
Daarom één tip voor 20 maart. Stem niet op ex- bewindslieden, ex- Kamerleden, ex- burgemeesters of ex- wethouders tijdens de provinciale verkiezingen EN doe dat ook niet bij de bestuursverkiezingen van het waterschap want ook daar duiken ze op!!!
‘Fijnslijper’ |